Examenprogramma
Leren kunst actief mee te maken
Bij CKV gaat het om het actief ervaren van kunst door kunstuitingen in levensechte professionele contexten mee te maken.
Kunstreceptie en -reflectie worden in overeenstemming met wetenschappelijke inzichten, opgevat als een actief, constructief en productief proces. Kunst ervaren en beschouwen is geen kwestie van passief consumeren, maar vraagt van jullie een actieve betrokkenheid, inzet en het kunnen toepassen van relevante kennis en vaardigheden. Omdat bovendien de betekenis van kunst nooit helemaal vastligt, is het meemaken van kunst zowel een ervaring als een creatief proces, dat een open en onderzoekende houding vereist.
Om je in staat te stellen kunst actief mee te maken, worden in het nieuwe CKV bij je de daarvoor geëigende (open, creatieve en onderzoekende) houding, de noodzakelijke kennis en de benodigde vaardigheden ontwikkeld.
CKV in de praktijk
Je doet kunstervaringen op doordat ze in contact komen met verschillende kunstuitingen. Naast de bekende disciplines beeldende vormgeving, dans, drama/theater en muziek is er alle ruimte voor bijvoorbeeld architectuur, design, film, nieuwe media en combinaties van disciplines. Je wordt gestimuleerd om binnen en buiten de school actief aan de slag te gaan en representatief en actueel beeld van deze verscheidenheid te ervaren.
Nieuwe kunstervaringen
Je neemt je eigen kunstervaringen als vertrekpunt en gaan met nieuwe kennis, bijbehorende vaktaal en kunstgerelateerde vragen op onderzoek uit. Met de klas, in subgroepjes of individueel.
Het onderzoek van jou is gericht op het artistieke proces. Dit omvat niet alleen de productie van een kunstwerk, maar ook de bemiddeling, receptie en verwerking.
Je reflecteert zowel individueel als met klasgenoten op de nieuwe ervaringen. Het is de bedoeling dat je, binnen de kaders van het examenprogramma, een cultureel groeiproces doormaakt.
Examenprogramma
Het nieuwe examenprogramma CKV is een verplicht vak voor leerlingen in de bovenbouw havo en vwo dat wordt afgesloten met een schoolexamen. Voor havo omvat het vak CKV 120 SLU’s en voor vwo gaat het om 160 SLU’s. Alhoewel beide programma’s inhoudelijk in essentie gelijk zijn, is in deze handreiking een document opgenomen waarin de verschillen toegelicht worden.