THEATER

Eisen activiteit Theater

  • Ticket of kaartje is bij het verslag toegevoegd.
  • Bij twijfel of je een voorstelling wel mag gebruiken, informeer bij je docent.
  • Lettertype Arial 12 pnt

 

Voorbereidingsverslag

Verwerk de onderstaande vragen in je voorbereidingsverslag. Maak er één geheel van, van tenminste 1 A4.

1. Waarom heb je gekozen voor deze culturele activiteit?
2. Wat verwacht je van deze culturele activiteit, wat stel je je erbij voor? Omschrijf wat je verwacht te zien, te horen en te beleven.
3. Welke bronnen heb je gebruikt om je te informeren?
4. Geef een omschrijving van de culturele activiteit. Vertel onder meer iets over de makers en de uitvoerders, de achtergronden, de stijl, het land / de periode waaruit het kunstwerk komt enzovoort. Hierbij moet duidelijk naar voren komen, dat je bovenstaande bronnen gebruikt hebt om je te informeren.
5. Geef minstens twee aandachtspunten waarop je speciaal gaat letten bij je bezoek. Deze aandachtspunten verwerk je later in je belevingsverslag.


Belevingsverslag

Verwerk de onderstaande vragen in je belevingsverslag. Maak er één geheel van, van tenminste 2 A4. Verwerk in je verslag afbeeldingen die de inhoud illustreren.

Wat zie je? Hoe begint het stuk?

  • doek gaat op
  • geen doek, spelers komen op
  • geen doek, spelers staan al op toneel

Wat zie je? Hoe karakteriseer je decor, kostuums en rekwisieten?

  • realistisch of museaal: indien strijdig met oorspronkelijk tijdsbeeld: waarom? ̈
  • deels realistisch, deels vrije interpretatie: omschrijf interpretatie
  • vrije interpretatie, abstract: beschrijf kenmerken

Wat zie je? Welke rol speelt de belichting?

  • speelt belangrijke (eigen) rol: hoe?
  • ondersteunt stemming op toneel: hoe?
  • sobere en neutrale rol

Wat zie je? Waar wordt gespeeld?

  • op podium
  • op bijzondere locatie: beschrijf rol locatie in voorstelling
  • gelijkvloers( vlakke vloer theater): beschrijf ook plaats publiek

Werkwijze: Welke speelstijl overheerst?

  • (melo)dramatisch: noem voorbeelden waaraan je dat ziet
  • naturalistisch
  • karikaturaal, typetjes: noem voorbeelden waaraan je dat ziet

Werkwijze: Richten de spelers zich rechtstreeks tot publiek?

  • nooit
  • een enkele keer: welke personages en met welk effect?
  • vaak: met welk effect?

Inhoud: Hoe heeft de regisseur bestaande tekst verwerkt?

  • getrouwe navolging of speciaal geschreven voor voorstelling
  • hier en daar aangepaste versie: waarom?
  • vrije interpretatie tekst: zijn er meer inspiratie/ tekstbronnen

Inhoud: Tot welk genre reken je de voorstelling?

  • komedie, blijspel
  • niet klassiek genre: typeer soort toneel
  • tragedie

Betekenis: Wat is de betekenis van de voorstelling?

  • voorstelling bedoeld als vermaak( amusement)
  • voorstelling bedoeld als provocatie, daagt publiek uit
  • voorstelling draagt morele boodschap uit(je leert ervan)
  • maatschappelijk of politiek onderwerp staat centraal
  • autobiografische betekenis maker(s) staat centraal
  • algemeen menselijke karakters en relaties staan centraal
  • (abstract)theatraal spektakel staat centraal
  • voorstelling roept op tot eigen interpretatie
  • voorstelling roept emotie op: welke?

Toelichting vragen theater